Dag Aarde
Naar aanleiding van Earth Day schreef ik op uitnodiging van het project Lieve Aarde een brief:
Dag Aarde,
Een brief van mij, terwijl ik je eigenlijk niet goed ken. Dat ligt niet aan jou, maar aan mij. Niet dat ik je negeer, of niet van je houd, maar ik leef misschien langs je heen. Zit teveel in mijn hoofd ook. Ik zet dan wel vaak mijn voeten op je en maak lange wandelingen, maar die gaan vaak door straten en langs gebouwen. Yep, ik ben een stadsmens zeggen ze dan. Ik kan geen plant van een andere onderscheiden, die bijzondere vruchten die uit jou voortkomen. Weet nog net een paar boomsoorten te noemen als er naar gevraagd wordt, maar dat is het dan. En toch kan ik genieten van wat er bloeit en groeit, alleen, nou ja, zoals ik al schreef: ik zit te vaak in mijn hoofd.
Lees mijn hele brief verder op Lieve Aarde.
De kleine filosofie van de zee
In het boek ‘Een kleine filosofie van de zee’ maakt schrijver/filosoof Laurence Devillairs van haar woorden zo’n kaart, of beter kaarten. Kaarten van de Stille Oceaan, de Sargassozee, de Dode Zee, maar ook van de kusten en dijken die de zeeën omringen. Al dit water, al die zeeën, worden dan symbolen van ons leven. Nee, symbolen en metaforen. In hoofdstukken als ‘noodanker’, ‘de vlaggen hijsen’ en ‘Kaap Angst’ herkennen we ons, de lezers, de menselijke ziel, onze reis over al die zeeën in.
‘We moeten ons verzetten tegen labels en categorieën. Zeg het luid en duidelijk, tegen jezelf, tegen iedereen: geen enkel menselijk wezen heeft zijn hele leven bepaalde eigenschappen in zich gebeiteld. We zijn niet eeuwig en altijd wie we zijn, we hebben de gave om metamorfosen te ondergaan, het talent om ons te vernieuwen.’
We zijn als het water dat stroomt, wegtrekt en weer terugkeert. ‘We zijn niet roerloos zoals veel voorwerpen, maar eeuwig in beweging, want levende wezens: we kunnen méér worden dan gedacht, een ander dan degene die we lijken te zijn.’ Niets blijft hetzelfde, panta rhei, vertelde Heraclitus ons al.
Lees verder over dit mooie boekje.
Ontmoeting - رویارویی
Ik ontmoette Shervin Nekuee voor een interview in een reeks die ik maak voor Optimist Magazine. Dat interview verschijn later in het blad, maar over onze bijzondere ontmoeting schreef ik gedicht:
De zoon van vele arbeiders en boeren,
opgegroeid tussen armoede en lege boekenplanken,
ontmoet de zoon van de eeuwenoude Perzische dichters.
De man van kale gebaren en korte zinnen
voelt in dat gesprek de warmte van zijn wereld.
Met Gerrit Achterberg in zijn herinnering en Leo Vroman
als zijn leidsman, ontmoet hij Hafez, Rumi en Farid-oed-dien Attar.
Het is de taal, dan toch de taal, die hen daar verbindt,
die kleur geeft aan die middag aan die tafel.
De zoon uit dat oude rijk, die warm gevoelde wereld,
laat het vergezicht zien van Hafez die schreef:
‘Zoek het licht van de zon en hoop op haar komst’
en Rumi: ‘Ik kom uit een plek waar geen plek is’.
Waarop de zoon van dat platte, natte land antwoordt
met de gereformeerde Achterberg: ‘Er is een mens in
mij geweest’, en die voor hem zo ontroerende woorden
van Vroman: ‘Kijk vannacht eens lang en doodstil vanuit
de sterren naar deze kleine aarde en niets blijft groot.’
Zonen van ouders uit andere werelden voelen zich daar
die middag omringd door taal en tekens van herkenning.
Het zijn de wolken van een nieuwe transformatie,
het verlangen naar een nieuw gedicht. Samen.
©Ron van Es
Even Op Adem Komen
Een nieuwe podcastserie die 2 keer per week bij je langs komt. Gemaakt door Raf Stevens en ondergetekende. Wordt een volger van die podcast - gratis - via Spotify. 'Je moet al zoveel, hier hoef je even helemaal niets.'
De Val
Op dit moment (binnenkort op Spotify!) maak ik 5 bijzondere afleveringen van een podcastserie - samen met John van den Hout - over het thema barmhartigheid. In ‘BarmHart’ duiken we samen in onze eigen verhalen over barmhartigheid. Waar waren onze eigen armen te kort of waren we te onbeholpen? Waar was de ander, of wie waren wij dan voor de ander? Waar hebben we zelf die barmhartigheid zo gemist toen we het nodig hadden, of wezen we het af uit angst om gekwetst te worden?
Een van mijn verhalen over barmhartigheid wil ik hier met je delen:
Ik herinner mij de ochtend. Het was helder weer, de zon kwam vol binnen. Ik was alleen in het huis in de stad, dat ik had gehuurd. De week ervoor had ik de boodschap van scheiding gebracht. Aan mijn vrouw, aan mijn kinderen. Ik vermoed dat anderen het verhaal wel hadden opgevangen door het lopend vuur. Naar mij toe was er enkel stilte. Ik was in een vacuüm terecht gekomen. Geen telefoon van een vriend, of iemand die zich nog vriend wilde noemen. Geen losse flodder van een bericht via mail. Of een korte brief. Ik vermoedde dat er deuren waren dichtgevallen. De schok dat ik huis en haard had verlaten. Dat ik koos voor een weg zonder vrouw met wie ik een eeuwigheid leek te zijn geweest. Wat bezielde ik?, was waarschijnlijk een vraag die in de lucht hing. Ja, wat bezielde ik?
Ik was alleen die ochtend, extreem alleen, verlaten, eenzaam.
Toen voelde ik het. De val. Niet een letterlijke val, maar een val in mijn hoofd. Ik viel met mijn hele lichaam in een diepe put. Zwart. Het was een lange val naar beneden. Muren van dikke stenen. Los van alles en iedereen, niemand die mij hier zag vallen. Zo moet het voelen voor iemand, dacht ik later, die niets meer heeft om aan vast te houden.
Voordat ik echter te pletter zou vallen, op de stenen bodem, voordat ik daar alleen zou liggen, dood, kapot, alleen, merkte ik tot mijn stomme verbazing dat ik werd opgevangen. Het leken handen. Wie was het, wat was het? Was ik het zelf, was het God, was het mijn ziel, was het liefde, was het erbarmen?
Vanaf dat ene moment van die dag weet ik hoe diep je ook kunt vallen, er altijd iets of iemand is die je op zal vangen. In diep verdriet. In diepe eenzaamheid. In al die vragen die je hebt over het leven, waar maar geen antwoorden voor zijn. Voor het leed dat je om je heen ziet. Voor de wereld in lijden. Je wordt opgevangen. In barmhartigheid.
Voor mij zelf is die diepe put er soms nog. De momenten van eenzaamheid, soms het intense verdriet. Maar ook het besef dat erbarmen bestaat. Dat maakt het leven niet eenvoudiger, maar wel meer leefbaar.
©Ron van Es
Seven Psalms
Heel benieuwd naar dit nieuwe album van Paul Simon. Zelf zegt hij in de trailer - zie hieronder - dat het idee voor dit album in een droom tot hem opkwam en dat hij nachtenlang tussen 3.30 en 5.00 uur wakker werd om de teksten ervoor te schrijven. De belangrijkste inspiratie voor het album waren de psalmen uit de Bijbel.
Ron van Es — mentor, schrijver, spreker & maker bij School for Purpose Leadershop